We zien een drukke winkelstraat. Aan een aantal mensen wordt gevraagd of zij weten wat toeslag partner is. Niemand weet het goede antwoord.
Dezelfde vraag wordt gesteld aan een jonge vrouw. Zij wil kindertoeslag aanvragen bij de belastingdienst. Het aanvraagformulier en de toelichting ligt op tafel.
Er worden een aantal vragen gesteld waarop de jonge vrouw het antwoord niet weet. Zij kijkt daarom in de toelichting. Deze geeft niet de toelichting waar ze op gehoopt had. Er wordt herhaald wat ook al in de vraag stond. Ze kan het formulier samen met de toelichting nog steeds niet goed begrijpen en doorgronden.
Ze eindigt met de zin van de belastingdienst: Leuker kunnen we het niet maken wel makkelijker. Deze jonge vrouw vindt het niet makkelijker.